Galant

Op een druilerige donderdag in de grote vakantie (waarop de zomer ver te zoeken was) stonden vader en moeder in de kinderkamer, omsingeld door losse onderdelen van een vergeten verleden. Het Galant-bureau, waarvan de naam ooit een belofte van elegantie in zich droeg, had zijn intrede gedaan in hun levens.

Er kwamen geen nostalgische gevoelens bovendrijven bij de aanblik van het oude bureau, eerder het besef dat dit een tijdrovend en frustrerend karwei zou worden. Het bureau was destijds van de zus van de moeder, die het gebruikte tijdens haar studie in Enschede, maar een galante indruk maakte het nu niet meer.

Vastberaden begon de vader aan de uitdaging om het bureau weer in elkaar te zetten. Maar net toen hij dacht dat hij de controle had, bemoeide hun zevenjarige kind zich met het schouwspel. Nieuwsgierigheid en opwinding straalden van diens gezicht af terwijl hij een zware, metalen cilinder vasthield.

“Kijk, papa, dit lijkt op een poot!” riep het kind uit.

“Ja, dat is waar,” zuchtte de vader, enigszins afgeleid door de onverwachte hulp. “Laten we het samen proberen.”

Maar de betovering duurde niet lang. Het kind raakte afgeleid en rende weg om zijn speelgoed te halen, waardoor vader en moeder achterbleven met alle losse onderdelen. De poten bleken keurig op het onderstel gemonteerd te kunnen worden – de schroeven voor die montagestap zitten immers netjes in de bovenkant van de poot verwerkt. Maar waar waren de schroeven voor het bevestigen van het onderstel aan het loodzware bureaublad? Foetsjie!

“Heeft mijn zus ons echt niet alle schroeven meegegeven?” vroeg de moeder geïrriteerd.

“Nee, er zal nog wel ergens een zakje rondzwerven in die oude garage van je ouders” antwoordde de vader, die zich begon te realiseren dat het bureau niet zomaar in elkaar gezet kon worden.

“Hoe kan ze dat nou vergeten?” klaagde de moeder terwijl ze de handleiding doorbladerde. “Nu moeten we waarschijnlijk weer naar de Hubo.”

En zo gebeurde het dat de vader, gewapend met een boodschappenlijstje van schroeven, opnieuw op pad moest. Eerst met de bakfiets met zoonlief, later nog eens met zijn racefiets (want waarom bakfiets mee als zoonlief er niet in hoeft te zitten?), toen bleek dat de kopjes van de schroeven te klein waren voor de gaatjes in het onderstel en dus niet genoeg klemmen en er dus ringetjes gehaald moesten worden bij de Hubo.

Terug thuis, na een lange zoektocht, slaagden vader en moeder er eindelijk in om het bureau in elkaar te zetten. Maar er was geen gevoel van triomf, eerder een gevoel van opluchting dat het karwei geklaard was.

“Kijk, het is gelukt,” zei de vader tegen de moeder terwijl hij naar het resultaat keek.

“Ja, eindelijk,” mompelde de moeder, terwijl ze haar ergernis probeerde te verbergen.

Het kind keek vol verwondering naar het bureau, zich niet bewust van het oponthoud en de frustraties die ermee gepaard gingen.

Op die druilerige donderdag smeedde het gezin een onvergetelijke herinnering. Maar het Galant-bureau zou nooit een geliefd familiestuk worden. Het bleef een herinnering aan een tijd die niet de hunne was, een bureau dat ooit galant was, maar nu slechts een stille getuige van hun pogingen tot samenwerking en geduld.

Plaats een reactie