Zomaar een gesprekje op een zondagmiddag in de supermarkt. Zegt de klant tegen de kassajuf: ‘Zo, lekker druk weer hè!’ Antwoordt de kassajuf: ‘Ja, altijd op zondag. Iedereen wilt boodschappen doen dan.’
Ik kan er maar niet aan wennen, die ‘t’ in de derde persoon enkelvoud bij het werkwoord ‘willen’. Maar het gekke is dat mijn brein er vervolgens wel mee aan de haal gaat en er alsnog een correcte zin van probeert te maken. Wat nou als de ‘wilt-zegger’ in kwestie eigenlijk geen ‘wilt-zegger’, maar een ‘wild-zegger’ is? Die ene letter verschil maakt nogal, eh, verschil. Wat als we mensen zouden willen aansporen om nou eens niet heel ingetogen, stilletjes en rustig hun zondagse boodschappen te doen, maar lekker onstuimig en onbesuisd? Hoe dan? Nou zo:
Iedereen: wild boodschappen doen!
Amen.

Liken lukt niet, misschien wel als ik mijn naam hier achterlaat.
Mooi door-gedacht, wilt -wild. 😉 De gewoonte ken ik niet, hoeft ook niet.
LikeLike
Ik ben altijd rustig en stil bij het boodschappen doen.
Morgen volg ik jouw advies.
Ik zal veel stampij maken tijdens mijn boodschappen.
Dinsdag: Wild boodschappen doen!
Vrolijke groet,
LikeGeliked door 2 people