Frits van Oostrom – Nobel streven
Een tijdje geleden schreef ik al eens iets over een 17e-eeuwse ridder, tot op heden het best gelezen stuk van mijn blog trouwens. Het rare aan de titel van dat stuk is natuurlijk dat je de Gouden Eeuw niet direct met ridders associeert, maar eerder met begrippen als Republiek, Renaissance en VOC. Echte ridders, die waren er natuurlijk in de middeleeuwen en die periode eindigt volgens de meeste geschiedenisboeken in het jaar 1500 (of, zoals Van Dale vermeldt, in 1492, ongetwijfeld gekozen vanwege de ontdekking van het Amerikaanse continent in dat jaar).
Gelukkig verscheen nog niet zo lang geleden een mooi boek over zo’n echte, middeleeuwse ridder, te weten het door Frits van Oostrom geschreven Nobel Streven – Het onwaarschijnlijke maar waargebeurde verhaal van ridder Jan van Brederode. Waar het bij adellijke figuren als Schelte van Aysma en Jan Six makkelijker was om erachter te wie ze zijn geweest en hoe hun levenswandel is verlopen – de 17e-eeuw is immers veel beter gedocumenteerd dan de eeuwen ervoor – is dat bij ridder Jan (ca 1372 – 1415) natuurlijk veel minder het geval. Hoewel….Van Oostrom heeft bij zijn onderzoek zoveel puzzelstukjes over Jan en de illustere (ooit misschien wel beroemdste) adellijke Hollandse familie Van Brederode weten op te duiken, dat zijn biografie misschien op dit moment wel de compleetste is van alle historische figuren die de Lage Landen rijk zijn.
Het is heel knap hoe Van Oostrom met de eigenlijk toch saaie overgeleverde stukken (akten, oorkondes, decreten, rekeningen, ‘bonnetjes’ etc.) uit de 14e en 15e eeuw toch dit prachtige – hier en daar zelfs spannende – boek heeft weten te maken. Dat is voor een deel te danken aan het belangrijkste niet-saaie stuk dat overgeleverd is: een (niet helemaal voltooid) boek dat ridder Jan zelf schreef in een klooster waar hij gedurende een aantal jaren van zijn veelbewogen leven verbleef. Dat boek heet Des coninx summe en hoe langer letterkundigen zich bezighouden met het Nederlands van de middeleeuwen, hoe meer ze het erover eens zijn dat in dit boek misschien wel het mooiste Middelnederlands staat dat ooit teruggevonden is.
Om erachter te komen hoe het kan dat een van de machtigste adellijke figuren uit de Lage Landen van circa 1400 een groot deel van zijn leven maar net het hoofd boven water kon houden moet je dit boek zelf lezen. Het laat zich niet in een kort blogje even uitleggen. Maar alle teruggevonden bronnen wijzen in elk geval op een bijna niet te bevatten gevarieerde levensloop waarin Jan het ene moment oorlog moest voeren tegen de Friezen, dan op bedevaart was naar zo’n beetje de verste uithoek (Ierland) van West-Europa, vervolgens het klooster inging om uiteindelijk te sterven op het slagveld van Azincourt.
Het feit dat het hier veel meer over feiten gaat dan over middeleeuwse fictie (zeg maar: de verzonnen verhalen, ridderromans e.d.) dan in de voorgaande Oostrom-boeken Stemmen op schrift en Wereld in woorden, maakte dit voor mij wel iets taaiere kost, maar aan het einde van het boek wil je toch eigenlijk niets liever dan zelf een bezoekje brengen aan een van de beroemdste ruïnes die ons land rijk is: de Ruïne van Brederode in Santpoort. Misschien dat je er al eens bent geweest, maar als kasteelliefhebber schaam ik me bijna voor het feit dat dat voor mij niet geldt. Hmm, ik pak mijn agenda er maar eens bij!
________________________________________________
Gelezen: Naomi Alderman – De Macht