Ik kreeg vanochtend een mail van het Genootschap Onze Taal. Of ik mee wil doen aan het bedenken van woorden die anno 2020 écht niet meer kunnen. ‘Schurende taal’, noemen ze dat.
Een kolfje naar mijn hand!, dacht ik meteen.
Dat gezegd hebbende, het woord ‘kolfje’ vind ik écht niet meer kunnen. ‘Kolfje’ is een soort wolf in schaapskleren op woordniveau: het klinkt wel lief, als een kalfje dat nog niet helemaal weet hoe het rechtop moet staan en aller-aandoenlijkst blijft omvallen, maar het is natuurlijk gewoon walgelijk. Bah.
Overigens heb ik niks tegen het kunstmatig aftappen van moedermelk.